Deze installatie maakte deel uit van kunst projecten in verschillende locaties, soms met minder slak-vormen.
Voorjaar 2000, de zeven jaar oude Tamatea kwam met een slakje als huisdier
thuis. Al gauw had hij vier slakken. Hij probeerde ze te trainen sneller
vooruit te komen of in het volgen van door hem uitgestippelde routes,
en vooral om naar hem te luisteren. Hierdoor gefascineerd, kozen wij drieën
de slak als onze 'hoofdpersoon' in de installatie: 'Dans le jardin des
beaux arts'.
Wij besloten tot het vormen van 19 slakken, variërend in grootte van één meter tot enkele centimeters. Zij dragen allemaal spiraalvormige teksten,
die zinspelen op het snelle voorbijgaan van tijd en de verschillende levensbeschouwingen. De teksten kunnen op verschillende manieren worden geïnterpreteerd, volgorde en tempo worden door de toeschouwer zelf bepaald.
Op een slak was dit verhaal:
De prinses kreeg een tovercollectie van draden. Men vertelde haar dat
ze aan een touwtje moest trekken, als ze ongelukkig was. Het einde van
het touw betekende het einde van haar ongeluk. Op den duur waren de meeste
touwtjes verdwenen en op dat moment was de prinses sneller dan gebruikelijk
een oude vrouw geworden.
Deze tekst vertegenwoordigt onze doelen: het doorgeven van overleveringen uit het verleden, verhalen uit het heden en de toekomst en kan een houvast bieden in het begrijpen en controleren van de dimensie tijd.
Een ander thema in dit werk is de relatie tussen kunst, natuur en cultuur.
Op een andere slak:
De stroom was miljoenen kilometers breed en het geraas klonk als donder. Het was een samenhangend geheel van verleden, heden, en toekomst, gevuld met schepselen van de duisternis en schepselen van het licht, die duizelingwekkend ronddraaiden, gescheiden, verenigd, en verder gleden.
Deze tekst, uit het boek The Dream Swimmer van Witi Ihimaera, brengt magische werelden uit verschillende tijden bijeen, met de natuur als centraal gegeven.
We wilden de zwarte slakken in contrast tonen met de witte expositieruimte in het museum voor moderne kunst, zodat ze konden worden begrepen als 'zwarte gaten' of 'negatieve ruimten', alsof er happen zijn genomen uit een in cultuur gebrachte ruimte.
Zie b.v.
dit werk in 2000.